Google
Stuur een mail naar de Begeleidingsdienst voor Vrijescholen: P. van Meurs
                                                                  
nieuws Aanbod studie referentieniveaus

 

                                        

Aanbod referentieniveaus

Begeleidingsdienst voor vrijescholen

0343-524090

 

Basiskennis en -vaardigheden kunnen leerlingen op verschillende niveaus beheersen. Voor taal zijn er in totaal vier niveaus beschreven en voor rekenen/wiskunde drie. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een fundamenteel niveau (F) en een streefniveau (S). Het niveau 2F heeft iedereen nodig om te kunnen participeren in de maatschappij.

 

Streefniveaus

Er zijn leerlingen die minder snel of sneller dan gemiddeld de leerstof beheersen. Al deze leerlingen willen we uitdagen. De ene groep door wat meer dan voorheen van ze te vragen om zo veel mogelijk een fundamenteel niveau te behalen. De tweede groep door ze wat extra’s te bieden: een streefniveau. Bij taal betekent dit dat je deze leerlingen de stof op een direct volgend fundamenteel niveau aanbiedt (bijvoorbeeld 2F=1S). Bij rekenen/wiskunde gaat het om een apart beschreven, abstracter, niveau.  Het vorige niveau wordt verzwaard en het nieuwe niveau wordt binnen het bestaande doel abstracter aangeboden

                     

We spreken over de volgende onderdelen

Voor taal zijn per niveau de volgende domeinen beschreven:

• Mondelinge taalvaardigheid

• Lezen

• Schrijven

• Begrippenlijst en taalverzorging

Voor rekenen gaat het om de volgende domeinen:

• Getallen

• Verhoudingen

• Meten en Meetkunde

• Verbanden

 

 

Waarom een referentiekader?

1. Het referentiekader zorgt voor efficiëntere en effectievere onderwijsprogramma’s. De programma’s van de verschillende schooltypen sluiten beter op elkaar aan waardoor herhalingen, of erger nog, hiaten, voorkomen worden. Er is duidelijk omschreven wat uw leerling moet kennen en kunnen als het om de basiskennis en -vaardigheden gaat.

2. Het referentiekader kan u uitdagen het taal- en rekenbeleid op uw school opnieuw te doordenken.

3. Als u in de positie van ontvangende school (vervolgonderwijs) bent, kunt u vaststellen waar remediering nodig is, waar onderhoud volstaat of waar doorgewerkt kan worden richting het beoogde eindniveau.

Wat gaat u merken van het referentiekader?

• In het primair onderwijs zullen leerlijnen, tussendoelen, leerlingvolgsystemen en de verschillende toetsen die op de markt zijn, moeten gaan overeenstemmen met het

referentiekader. In het geval voor de vrijescholen betekent dit dat de doelen die op methodeniveau gesteld worden en de daaraan verbonden periodetoetsen afgestemd moeten worden op de referentieniveaus.
Eveneens moet in het aanbod duidelijk worden dat het onderwijs afgestemd is/wordt op de verschillende niveaus.

• In het voortgezet onderwijs zullen de examenprogramma’s worden geijkt en worden de referentieniveaus gebruikt bij de ontwikkeling van centrale examens en syllabi.

• In het middelbaar beroepsonderwijs zullen de basiskennis en-vaardigheden Nederlands en rekenen centraal worden geëxamineerd en ook daar zullen de referentieniveaus worden

gebruikt.

• In het voortgezet onderwijs zullen alle leerlingen een rekentoets afleggen als onderdeel van het eindexamen.

• Er worden door uitgevers additioneel materiaal en leeswijzers ontwikkeld op basis van de referentieniveaus. De begeleidingsdienst werkt op dit moment aan het invoeren van de referentieniveaus in de bestaande producten. In taal-en rekenweb worden de referentieniveaus ingevoerd waardoor het aanbod voldoet aan deze niveaus. Daarnaast worden de niveaus ingevoerd in volglijn zodat ook in het volgsysteem vaardigheden en vermogens vanuit dit gezichtspunt gevolgd kunnen worden.

 

Tijdens reflectiebijeenkomsten rondom de invoering van het referentiekader binnen de vrijeschool, waarin we met het werkveld gekeken hebben naar referentieniveaus en de consequenties voor het Vrijeschoolonderwijs, zijn we tot de volgende implementatievragen gekomen ?

Inhoudelijk:

1. Referentieniveaus voor het taal en rekenonderwijs, Hoe zijn ze ontstaan?

    Wat is het wettelijke kader en waarom is een verschil in benadering in taal en rekenen?

    We hebben toch kerndoelen? Wat is het verschil tussen de referentieniveaus en de

    kerndoelen?

2. Hoe moet ik de referentiedoelen begrijpen. Kortom hoe schat ik in of we met een streef of
    fundamentele benadering te doen hebben?

3. Hoe zit het met leerlingen die meer aankunnen dan 1S, bijvoorbeeld de excellente    
    leerlingen? Hoort de rekenstof boven 1S niet meer tot de inhoud van het basisonderwijs?

 

Praktisch

4. Hoe moet je denken als je deze niveaus in de klas moet gaan hanteren?
    Welke invloed heeft dat op je pedagogisch didactisch handelen? Wat betekenen de
    referentieniveaus concreet voor onze rekenlessen? Moet het nu helemaal anders of
    verandert er eigenlijk niets?
5. Hoe is de relatie tussen HGW en opbrengstgericht werken?

6. Als ik de referentieniveaus voor taal en rekenen bekijk, vind ik het moeilijk om vast te
    stellen wat de kinderen precies moeten beheersen. Hoe worden deze doelen binnen de
    vrijeschool gehanteerd?
    Hoe worden deze doelen verbonden aan de doelen die we nu al hanteren?

7. Hoe weet ik of kinderen aan het eind van groep 8 1F of 1S gehaald hebben? Komen daar

    aparte toetsen voor? Hoe is dat binnen de website en het leerlingvolgsysteem geregeld?

8. Wat als kinderen het eerste referentieniveau 1F voor rekenen niet (kunnen) halen?
    Wat is dan de relatie met het OPP

 

Implementatie

9. Hoe kan een team zich op het werken van de referentieniveaus voorbereiden

10. Welke schoolafspraken zijn van belang voor het werken met de referentieniveaus

11. Wat is er binnen de school aan materiaal noodzakelijk om te kunnen werken met de
      referentieniveaus

Aanbod

Vanuit deze vraagstelling bieden we de scholen het volgende implementatietraject aan

 

  1. Middag 1 ( 4 uur)
    Tijdens de eerste studiemiddag wordt er gewerkt aan:
    Ontstaan van het referentiekader.
    Begrip van het referentiekader.

    Gesprek over zin en onzin van referentieniveaus.

Referentietoets rekenen. Weten we eigenlijk wel wat het minimale niveau is?
Een rekentoets om het niveau in te schatten.
 
Vanuit de posters referentieniveaus wordt er gekeken naar de inhoud van de referentieniveaus op taal- en rekengebied.

Vanuit het referentiespel het eigen niveau inschatten. Heb je als leerkracht helder wat er binnen bepaalde niveaus van kinderen gevraagd kan worden.

Al naar gelang men zich in deze gebieden wenst te verdiepen zal deze eerste stap

  1. Middag 2 (4 uur)
    Hoe zijn de niveaus ingebouwd in de bestaande leerlijnen.

    Drie niveaus in de website:
    Informatief niveau.
    Doelniveau
    Voorbereidingsniveau

    Welke consequenties heeft het invoeren van het referentiekader op deze niveaus gehad. (hands-on werken)
  2. Middag 3 (4uur)
    Voorbereiding met de referentieniveaus.
    Hoe werk je met het logboek en het referentieniveau van kinderen.
    Kan het werken met referentieniveaus behulpzaam zijn met het maken va een groepsplan taal- en of rekenen

    Hoe kan het kader hulp bieden bij het samenstellen van een OPP
  3. Voor scholen die werken met Volglijn; het lovs voor vrijescholen
     
  4. Vanuit welke gedachte zijn de referentieniveaus ingevoerd en hoe wordt dat zichtbaar in het systeem
    Hoe zijn de referentieniveaus opgenomen in de doelen van het lovs
    Hoe werken de waarnemingskaders binnen het lovs

    Hoe worden beide niveaus ingezet en hoe zie ik dat binnen het lovs

 

 Coordinator van de ontwikkelgroep referentieniveaus
  Paul van Meurs